Komt dat knagende gevoel in je buik door boosheid of verdriet? Waarom voel je irritatie als iemand een (kritische) opmerking maakt? 

Veel mensen weten niet wat ze voelen of hoe ze hiermee om moeten gaan. Vermoeidheid, irritatie of onzekerheid zijn hiervan vaak het gevolg. Het kennen van je emoties en weten hoe je hiermee omgaat, geeft energie en zelfvertrouwen. 

Hoe kan het toch, dat zoveel mensen hun emoties niet kennen of begrijpen? Hiervoor gaan we terug naar onze kindertijd. 

Jonge kinderen kunnen hun emoties goed uiten. Wordt bijvoorbeeld hun speelgoed afgepakt door een ander kind? Frustratie of verdriet is hiervan vaak het gevolg. Kinderen uiten deze emotie door boos te worden of te huilen. 

Veel volwassenen zien de reactie van kinderen op bovenstaand voorbeeld als overdreven of onnodig. Opmerkingen als ‘Zo erg is het niet, je hoeft niet te huilen’, of ‘Niet boos worden, je moet je speelgoed eerlijk delen’ zorgen voor een conflict in het kind. Het kind voelt een bepaalde emotie, maar krijgt de boodschap dat deze emotie er niet mag zijn. 

Hoe kun je als ouder (of begeleider) je kind helpen zijn of haar emoties te uiten én te begrijpen?

Help je kind in vijf stappen bij het uiten, herkennen en begrijpen van emoties:

1). Luister naar je kind, zonder oordeel.

Je kind voelt een bepaalde emotie en heeft het recht om deze emotie te voelen. Het is immers zijn of haar eigen gevoel, niemand anders is daar de baas over.

2). Geef je kind de ruimte om de emotie te voelen. 

Is je kind bijvoorbeeld erg boos of verdrietig? Geef het kind dan eerst de ruimte om tot rust te komen. Dit kan bijvoorbeeld door een knuffel, even tien keer diep in en uitademen of even naar de eigen kamer om alleen te zijn.

3). Erken het gevoel, betrek je kind bij het gevoel en bied troost. 

Is je kind tot rust gekomen? Benoem het gevoel. ‘Je voelt je verdrietig omdat je niet mag spelen met je vriend(in), klopt dat? Het is ook heel vervelend dat je huiswerk moet maken, terwijl je liever gaat spelen.” Door te vragen of het klopt, stimuleer je je kind om na te denken over zijn of haar emotie en waar dit vandaan komt. Door je kind te troosten, krijgt hij of zij het gevoel dat er ruimte is voor de emotie.

4). Geef de realiteit. 

Het erkennen van het gevoel of het bieden van troost wil niet zeggen dat je je kind zijn of haar zin geeft. Je kind moet ook leren dat er bepaalde grenzen en prioriteiten zijn. ‘Je wilde je huiswerk afhebben voor het avondeten, we gaan over een uur eten. Je kan daarom niet eerst spelen, je huiswerk is nog niet af.’ 

5). Evalueer de situatie. 

Help je kind bij het verkrijgen van meer zelfinzicht en zelfredzaamheid, door de situatie te evalueren. Door welke situatie voelde je kind de emotie en wat helpt je kind in de toekomst om de emotie zélf te herkennen en hiermee om te gaan? Praat hierover en ga samen brainstormen voor leuke oplossingen. Laat je verwonderen door je kind. Je kind zal misschien eerst zeggen dat hij of zij het niet weet, dat is omdat kinderen niet gewend zijn aan dit soort opdrachten. Ze zijn gewend dat volwassenen met de oplossing komen, terwijl zij het antwoord binnenin zichzelf kunnen vinden. 

Nieuwsgierig naar meer tips en oefeningen voor kinderen? Laat je kind dan struinen door de cursussen op de website of zoek samen naar een geschikte cursus!